ING - Profiel, historie en perspectieven
datum 29-09-2025
Inleiding
ING Groep behoort tot de grootste financiële instellingen van Europa en heeft een lange geschiedenis in Nederland. Ontstaan in 1991 uit de fusie van verzekeraar Nationale-Nederlanden en de NMB Postbank Groep, ontwikkelde ING zich van een brede financiële dienstverlener tot een bank die zich volledig concentreert op retail- en wholesale banking. Na de financiële crisis en de daaropvolgende herstructureringen heeft ING gekozen voor een duidelijke strategie: een sterke focus op digitale dienstverlening, schaal in kernmarkten en internationale wholesale banking. Het bedrijf heeft ruim 38 miljoen klanten en is actief in meer dan veertig landen.
Het imago van ING is dubbel. Enerzijds staat de bank bekend als innovatief, digitaal en internationaal sterk. Anderzijds heeft het te maken gehad met reputatieschade, onder meer door een grote witwasboete en discussies over beloningen. Tegenwoordig positioneert ING zich nadrukkelijk als efficiënte, toekomstgerichte bank met duurzaamheid en digitalisering als kernwaarden.
Financiële ontwikkeling en winstgevendheid
De inkomsten en winsten van ING laten de afgelopen zeven jaar een gemengd beeld zien. In 2018 en 2019 lag de winst rond de 4,7 à 4,8 miljard euro, met totale inkomsten van circa 18 à 19 miljard euro. 2020 was een zwakker jaar: de coronapandemie leidde tot hogere voorzieningen voor kredietverliezen, waardoor de winst terugviel naar ongeveer 2,5 miljard euro en de cost/income ratio opliep tot circa 60 procent.
Vanaf 2021 herstelde ING zich sterk. De winst liep weer op tot bijna vijf miljard euro, met stabiele inkomsten. In 2022 drukten hogere kosten en voorzieningen de winst opnieuw, maar de basis van de bank bleef stevig. De echte versnelling kwam in 2023 en 2024. Dankzij het sterk gestegen renteklimaat in de eurozone stegen de netto rente-inkomsten fors. In 2024 behaalde ING een recordjaar met ruim 22,6 miljard euro aan totale inkomsten en een winst van 6,4 miljard euro.
De eerste helft van 2025 bevestigde dat beeld: een winst van 3,05 miljard euro en een totaal inkomen van circa 11 miljard euro. Hoewel iets lager dan dezelfde periode in 2024, bleef de winstgevendheid op een hoog niveau. De cost/income ratio ligt inmiddels rond de 52–54 procent, waarmee ING duidelijk efficiënter is dan veel Europese sectorgenoten.
Segmenten en inkomstenbronnen
ING verdient haar geld in de kern uit drie pijlers: rente-inkomsten, fees en overige baten. De rente-inkomsten maken ongeveer 70 tot 75 procent van de totale inkomsten uit. Hypotheken, zakelijke leningen en de marge op spaargeld vormen hier de kern. Vooral in Nederland, België en Duitsland is dit de motor van de winst.
Fee-inkomsten, goed voor ongeveer 15 procent, komen uit betaalpakketten, internationale transacties, creditcards, beleggingstransacties en adviesdiensten. Bij zakelijke klanten gaat het om cash management, kredietfaciliteiten, M&A-advies en kapitaalmarkttransacties. De overige baten, ongeveer tien procent, zijn volatieler en hangen af van handelsresultaten en waardeveranderingen in de portefeuille.
In de afgelopen zeven jaar groeiden de fee-inkomsten gestaag, van circa 2,7 miljard euro in 2020 naar 3,6 miljard euro in 2024. De rente-inkomsten maakten een duidelijke sprong in 2023 en 2024 dankzij de hogere Europese beleidsrente. Dit leverde recordinkomsten op en versterkte het rendement voor de bank aanzienlijk.
Geografische spreiding
De inkomsten van ING komen voornamelijk uit Europa. Nederland is met 35 à 40 procent van de inkomsten de grootste markt, gevolgd door België met 15 procent en Duitsland met 12 à 15 procent. In Spanje en Polen groeit ING via digitale modellen, waar vooral jonge klanten gebruikmaken van de mobiele app. Daarnaast is er een internationale wholesale tak, goed voor circa 15 à 20 procent van de inkomsten, die actief is in Noord-Amerika, Azië en de rest van Europa.
Duitsland geldt als een belangrijke groeiregio, met ING-DiBa als grootste onlinebank van het land. Spanje en Polen zijn eveneens groeimarkten waar digitalisering schaalbaar is. Nederland en België zijn meer volwassen markten, waar de nadruk ligt op stabiliteit en verhoging van de inkomsten per klant. Wholesale banking biedt wereldwijd groeikansen, vooral in de financiering van duurzame projecten.
Invloed van het renteklimaat
De prestaties van ING zijn sterk afhankelijk van het renteklimaat. In een omgeving van stijgende rente, zoals in 2023 en 2024, lopen de marges op spaargeld en leningen fors op. Dit leverde de recordwinsten van die jaren op. Bij dalende rente kan het tegenovergestelde gebeuren: marges krimpen en winstgevendheid daalt, tenzij ING dit compenseert met groei in fees of volumes.
Het renteklimaat verschilt per regio. In Nederland en België is de bank vooral afhankelijk van hypotheken en spaargeld, in Duitsland geldt dat nog sterker vanwege de omvang van ING-DiBa. In Polen speelt het beleid van de lokale centrale bank mee. In wholesale banking is rente minder dominant, omdat daar ook veel fees worden verdiend.
Bestuur en organisatie
Het bestuur van ING heeft de afgelopen jaren enkele belangrijke wisselingen doorgemaakt. Tot 2020 stond Ralph Hamers aan het roer, bekend om zijn digitale strategie maar ook om reputatieproblemen na de witwasboete van 2018 en discussies over topbeloningen. Sinds 2020 is Steven van Rijswijk CEO. Hij legt de nadruk op herstel van vertrouwen, compliance en stabiel leiderschap. De CFO is sinds 2020 Tanate Phutrakul, met een focus op dividend en kapitaaldiscipline.
Onder Van Rijswijk werd ING’s koers soberder maar betrouwbaarder, met aandacht voor duurzaamheid en risicobeheersing. Het bestuur is internationaal samengesteld en combineert ervaring in retail, wholesale en technologie.
Balans en kapitaalpositie
ING heeft een balanstotaal van circa 1.050 miljard euro (2024). De kern wordt gevormd door een kredietportefeuille van ruim 600 miljard euro, voornamelijk hypotheken en zakelijke leningen. Spaargelden zijn de belangrijkste financieringsbron met meer dan 650 miljard euro. De obligatie- en beleggingsportefeuille bedraagt circa 120 tot 150 miljard euro.
De kapitaalpositie is sterk: de CET1-ratio bedraagt ongeveer 13,7 procent, ruim boven de vereisten van toezichthouders. De leverage ratio ligt rond 4,5 à 5 procent. Deze buffers geven ING de ruimte om winst uit te keren en tegelijkertijd groei te financieren.
Dividend en kapitaaluitkeringen
Het dividend van ING is in de afgelopen jaren fors gegroeid, met een duidelijke dip in 2020 door coronamaatregelen van de ECB. In 2018 en 2019 lag het dividend rond de 0,68 à 0,69 euro per aandeel. In 2020 werd slechts 0,12 euro uitgekeerd. Vanaf 2021 herstelde het dividend naar 0,48 euro, om in 2022 op 0,67 euro uit te komen. De echte sprongen kwamen in 2023 en 2024, met respectievelijk 0,97 en 1,10 euro per aandeel. In 2025 wordt een verdere verhoging verwacht naar circa 1,15 euro. Het dividendrendement bewoog daarmee tussen 5 en 7 procent in de laatste jaren.
Naast dividend zet ING stevig in op aandeleninkoopprogramma’s. Sinds 2021 zijn deze structureel teruggekeerd. In 2021 en 2022 werden buybacks van 1,7 miljard euro uitgevoerd, in 2023 een programma van 1,5 miljard euro en in 2024 zelfs 2,5 miljard euro. In 2025 loopt een programma van 2 miljard euro. Voor de toekomst geeft ING aan deze praktijk voort te zetten zolang de kapitaalbuffers dit toelaten.
Beurskoers en waardering
De beurskoers van ING kende de afgelopen zeven jaar een duidelijk herstel. Eind 2018 noteerde het aandeel circa 10,35 euro, in 2020 zakte dit weg naar 8,35 euro door de coronacrisis. Vanaf 2021 begon een herstel, met slotkoersen rond 12 euro in 2021 en 2022, 13,48 euro in 2023 en 16,45 euro in 2024. In september 2025 noteert het aandeel rond de 22 euro, de hoogste stand in jaren.
De koers-winstverhouding (K/W) bewoog de afgelopen jaren tussen 8 en 13. In de coronajaren 2020 en 2022 liep deze tijdelijk op door lagere winsten, maar sinds 2023 ligt de verhouding weer rond 8 à 10. Dit maakt ING relatief laag gewaardeerd ten opzichte van veel andere sectoren, maar in lijn met Europese banken.
Duurzaamheid en maatschappelijke rol
Duurzaamheid is een speerpunt van ING. De bank streeft ernaar om haar eigen bedrijfsvoering COâ‚‚-neutraal te maken, maar de grootste impact ligt in de financieringsportefeuille. ING wil haar kredietverlening volledig in lijn brengen met het Klimaatakkoord van Parijs en streeft naar een net zero portefeuille in 2050.
Praktisch vertaalt dit zich in het afbouwen van krediet aan fossiele bedrijven, en het opschalen van financiering in duurzame projecten zoals wind- en zonne-energie, groene obligaties en duurzame hypotheken. Klanten kunnen rentekorting krijgen als ze hun huis verduurzamen. Tegelijk blijft er kritiek dat ING nog altijd fossiele bedrijven financiert, al neemt dit aandeel af.
Regelgeving en risico’s
Strengere regelgeving beïnvloedt ING sterk. Na de witwasaffaire van 2018 investeert de bank honderden miljoenen in compliance, IT en personeel. Kapitaal- en liquiditeitseisen beperken de flexibiliteit in kredietverlening. Toch kan ING profiteren van schaal: kleinere banken hebben het moeilijker om te voldoen aan deze eisen, wat ING relatief sterker maakt.
Regelgeving kan marges drukken en innovatie vertragen, maar biedt ook kansen: klanten waarderen betrouwbaarheid en stabiliteit, en beleggers zien strikte compliance vaak als een pluspunt voor de lange termijn.
Concurrenten en positie
In Nederland concurreert ING vooral met ABN AMRO en Rabobank. ING onderscheidt zich door haar digitale profiel en internationale schaal. In België zijn KBC, Belfius en BNP Paribas Fortis de belangrijkste rivalen, in Duitsland Deutsche Bank, Commerzbank en digitale spelers als N26 en Revolut. Internationaal concurreert ING in wholesale banking met Citi, JP Morgan, Barclays en Deutsche Bank.
In vergelijking met ABN AMRO is ING duidelijk groter, internationaler en efficiënter. ABN is meer gericht op Nederland en heeft nicheposities internationaal, terwijl ING pan-Europees opereert en wholesale activiteiten wereldwijd heeft. Dit vertaalt zich in hogere winsten en een lagere cost/income ratio.
Doelstellingen voor de komende jaren
Voor de toekomst heeft ING duidelijke doelen gesteld. Financieel wil de bank een cost/income ratio rond 50 procent, een rendement op eigen vermogen van circa 12 procent, en stabiele dividenduitkeringen met aanvullende aandeleninkopen. Strategisch richt ING zich op groei in kernmarkten (Nederland, België, Duitsland) en digitale uitbreiding in Spanje en Polen.
Duurzaamheid is een structureel doel: een klimaatneutrale financieringsportefeuille in 2050, met tussentijdse reducties in fossiele kredietverlening. Daarnaast wil ING haar reputatie herstellen en versterken door compliance en klantgerichtheid.
Conclusie
ING is uitgegroeid tot een van de sterkste Europese banken, met een stevige balans, hoge winstgevendheid en een duidelijke digitale strategie. De bank is sterk afhankelijk van het renteklimaat, maar heeft bewezen daarvan te kunnen profiteren. Tegelijkertijd blijft er werk aan de winkel op het gebied van reputatie, klantgerichtheid en duurzaamheid.
Met haar internationale schaal, stabiele kernmarkten en innovatieve profiel positioneert ING zich als een toekomstgerichte bank die zowel aandeelhouders als klanten waarde wil bieden. De komende jaren zal blijken in hoeverre ING haar balans kan bewaren tussen winstgevendheid, maatschappelijke verantwoordelijkheid en aanhoudende druk vanuit regelgeving en concurrentie.